Op 16 mei 2025 heeft minister Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) een wetsvoorstel gepresenteerd dat voorziet in een tijdelijke bevriezing van de huren voor sociale huurwoningen van woningcorporaties. De maatregel maakt onderdeel uit van de Voorjaarsnota en beoogt een verlichting van de woonlasten in de gereguleerde huursector. Dit voorstel heeft tot verwarring geleid onder particuliere verhuurders. In deze blog lichten wij toe wat de maatregel inhoudt, op wie deze van toepassing is — en waarom particuliere vastgoedeigenaren er vooralsnog niet door geraakt worden.
Samenvatting van het wetsvoorstel
Het voorgestelde huurprijsbeleid voorziet in een huurbevriezing voor sociale huurwoningen van woningcorporaties gedurende de periode van 1 juli 2025 tot 1 juli 2027. De maatregel moet nog door beide Kamers worden goedgekeurd en is onder voorbehoud van advies van de Raad van State. De bevriezing geldt exclusief voor verhuurders met een corporatiestatus en heeft geen betrekking op het particuliere huursegment
Belangrijkste kenmerken van het voorstel:
Gevolgen voor ‘particuliere verhuurders’: (voorlopig) géén directe impact
Particuliere vastgoedeigenaren vallen uitdrukkelijk buiten de reikwijdte van dit wetsvoorstel. Dit betekent dat u voor sociale huurwoningen in particulier bezit of voor woningen in de vrije sector gewoon gebruik kunt maken van de bestaande regelgeving voor jaarlijkse huurverhoging.
Huurverhoging per 1 juli 2025
Voor gereguleerde huurwoningen in het particuliere segment geldt per 1 juli 2025:
Maximale verhoging: €25 per maand voor woningen met een huurprijs lager dan € 350,-. In de overige gevallen, dus bij een huurprijs hoger dan € 350,- bedraagt de verhoging 5%.
Voor vrije sectorwoningen blijft de jaarlijkse huurverhoging afhankelijk van de afspraken in het huurcontract, mits deze voldoen aan de wettelijke kaders.
Aanzegging binnen de termijn van twee maanden: een belangrijke randvoorwaarde
Het recht om de huur te verhogen is aan wettelijke voorwaarden gebonden. Een cruciale daarvan is de aanzegtermijn van ten minste twee maanden vóór de ingangsdatum van de verhoging. Dit betekent concreet dat huurders uiterlijk op 30 april geïnformeerd moeten zijn over een voorgenomen huurverhoging per 1 juli 2025.
Omdat het wetsvoorstel pas op 16 mei 2025 is aangekondigd, bestaat het risico dat sommige verhuurders geen tijdige aanzegging hebben gedaan, en daardoor niet meer kunnen indexeren per 1 juli. Dit onderstreept het belang van nauwkeurige opvolging van de wettelijke termijnen in de vastgoedpraktijk.
Vanuit onze organisatie hebben wij namens onze opdrachtgevers tijdig alle huurders schriftelijk geïnformeerd over de voorgenomen indexering. Zo is de continuïteit van huurinkomsten geborgd, conform de geldende wet- en regelgeving.
Waarom deze maatregel wél relevant blijft om te volgen
Hoewel de bevriezing uitsluitend corporaties treft, is het raadzaam dat ook particuliere verhuurders de politieke ontwikkelingen blijven monitoren. De roep om meer betaalbare woningen en regulering van de huurmarkt klinkt breed — en beleidswijzigingen kunnen zich snel uitbreiden naar andere segmenten.
Mogelijke overwegingen:
Slotopmerking
Voor particuliere vastgoedeigenaren is dit wetsvoorstel in zijn huidige vorm niet van toepassing. Wel bevestigt het opnieuw dat de wet- en regelgeving rondom de huurmarkt onderhevig is aan snelle veranderingen. Vroegtijdige signalering van deze bewegingen en tijdige opvolging van wettelijke verplichtingen, zoals aanzegtermijnen, zijn essentieel om risico’s te beheersen en rendement te beschermen.
Wij blijven de ontwikkelingen voor u volgen. Heeft u vragen over de wettelijke kaders voor huurverhoging, of over wat deze beleidslijn betekent voor uw portefeuille? Neem dan contact met ons op. Onze vastgoedadviseurs denken graag met u mee.
Bron: Wetsvoorstel huurbevriezing sociale huur alleen voor corporaties | Nieuwsbericht | Rijksoverheid.nl




